Evolutie

Poolvos en poolhaas met witte vacht

audio tekst

Kijk goed naar de vitrine voor je. Daar zie je dieren die lang geleden in Twente leefden. Dat was in een ijstijd.

Die ijstijd heet het Weichselien. Hij begon 116.000 jaar geleden. En eindigde 12.000 jaar geleden.

Toen was het hier veel kouder dan nu. Er waren geen gletsjers, maar het vroor vaak. Er lag veel sneeuw.

Dieren moesten slim zijn om te overleven.

Dat noemen we evolutie. Evolutie betekent: langzaam veranderen. Dieren met handige eigenschappen overleven beter. Ze krijgen ook baby’s. Die baby’s hebben vaak dezelfde eigenschappen.

Kijk linksonder. Daar zie je de poolvos en de poolhaas. Hun vacht is wit. Daardoor vallen ze niet op in de sneeuw.

Bovenin zie je de muskusos. Hij heeft een dikke vacht. Zo blijft hij warm.

Achterin zie je de saiga-antilope. Die staat op de eerste verdieping. Hij heeft een lange snuit. Die maakt koude lucht warm voordat hij ademt.

Zie je het grote gewei boven in de vitrine? Dat is van een reuzenhert. Het gewei kon wel drie en een halve meter breed zijn! Niet zo handig misschien… Maar het liet zien dat het hert sterk en gezond was. Vrouwtjes vonden dat mooi. Hun kalfjes kregen ook grote geweien. Zo bleef het gewei bestaan.

Niet alle dieren leven in de kou. In warme landen gebruiken dieren andere trucs. Sommige vlinders en kikkers hebben felle kleuren. Ze zeggen: ‘Niet opeten, ik ben giftig!’ Andere dieren verstoppen zich juist goed. Gekko’s en kameleons kunnen van kleur veranderen. Zo zien roofdieren hen niet.

Ook waterdieren passen zich aan. De potvis kan diep duiken. Hij heeft geen last van de druk onder water. De ijsbeer heeft zwemvliezen tussen zijn tenen. Zo zwemt hij sneller. En kan hij zeehonden vangen.

Sommige dieren zijn heel slim. Kraaien gebruiken takjes als gereedschap. Slimme dieren kunnen beter overleven.

En wij mensen? Ook wij veranderen nog steeds. Lang geleden liepen we gebukt. Nu lopen we rechtop. We praten met elkaar. We maken spullen en gebruiken gereedschap. Ons lichaam en hoofd blijven zich langzaam veranderen.

Kijk goed om je heen. Dan zie je: dieren passen zich altijd aan. Dankzij evolutie kunnen ze leven in hun eigen wereld.

Wil je weten hoe jij bij evolutie hoort? Loop dan verder naar het model van de prehistorische boerderij!

Atlas van Ooit